Tubbergen
Vrijwillige activiteiten J.A.M. Drop
1991 – heden: Bestuurslid, sinds enkele jaren in de functie van secretaris, van Natuur- en Vogelwerkgroep (NVWG) De Grutto. Hij zet zich in voor de bescherming van vogels (o.a. kerkuilen, steenuilen, boerenzwaluwen en weidevogels) die het moeilijk hebben en het onderhoud van natuurgebieden. Zou houdt hij zich bezig met de inventarisatie van vogels in atlasblokken voor het SOVON (een non-profit organisatie die in Nederland het voorkomen en de ontwikkeling van Nederlandse vogels bijhoudt), is hij organisator en medewerker van het opschonen van het natuurgebied Zoekerveld-Saasveld, organisator en medewerker van het opschonen van het natuurgebied Heideveld-Fleringen en hij is medewerker van het MOP-project (Milieu-ontmoetingsprogramma gemeente Tubbergen).
1991 – heden: Regiocoördinator Twente van de stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland (bestaande uit 17 regio’s). Hij is het aanspreekpunt en de vraagbaak voor geheel Twente, organiseert regiovergaderingen en stuurt werkgroepen en vrijwilligers aan. Hij zorgt ervoor dat er voldoende nestkasten voor alle subregio’s beschikbaar zijn, hij verzamelt broedgegevens en verwerkt deze in landelijke databestanden. In goede jaren (met veel muizen) ringt hij honderden jonge kerkuilen bij tientallen boeren. Met de kennis die hij hierbij vergaart, levert hij een bijdrage aan onderzoek naar de kerkuil.
1991 – heden: Ringer van onder andere uilen en zwaluwen. Hierdoor kan hij tevens informatie verstrekken aan het Vogeltrekstation van het Nederlands Instituut voor Ecologie in Wageningen (NIOO-KNAW).
1991 – heden: Medeoprichter en medewerker van het Ras-project boerenzwaluw NO-Twente (Recapturing Adults for Survival). Dit project werd opgezet met het doel inzicht te krijgen in de populatiedynamica van de Nederlandse boerenzwaluwen. Met het ringen van nestjongen en het later terug vangen van de vogels levert hij een grote bijdrage aan het onderzoek naar de boerenzwaluw. Het is één van de belangrijkste onderzoeksprojecten van bovengenoemd Vogeltrekstation te Wageningen en geniet wetenschappelijke ondersteuning. Het project is door de Europese Ringcentrales EURING opgeschaald tot het Euring Swallow Project.